Deze website maakt alleen gebruik van cookies om uw online gedrag op deze website te kunnen analyseren. Met deze gegevens zullen wij de website kunnen verbeteren ten doeleinde om u beter van dienst te zijn. Bij het achterlaten van een reactie, wordt naast uw ingegeven naam ook het ip-adres vastgelegd. Dit in verband om misbruik van deze functie te voorkomen. Wilt u meer informatie, kunt u een mail sturen naar info@lequin.nl. Let op: Wij geven uw informatie niet aan derden.

Dieren

Jezus, oh nee sorry, Budha wat is het vroeg. Mijn wekker gaat om vijf uur en ondanks dat het comfortabele bedje vroeg was opgezocht, hakt dit tijdstip erin. Je moet wat over hebben om je handdoekjes front row te kunnen neerleggen bij het zwembad. Maar goed wie mij kent, haalt al twee onwaarheden uit één zin. Ten eerste ben ik geen zwembad persoon en ten tweede heb ik een bloedhekel aan handoekbedjesbezetters. Driedubbele woordwaarde bij Scrabble.

Nee, we staan zo vroeg op op onze benen om op safari te gaan in Udawalawe National Park. Niet het grootste wildpark op het eiland, maar kwam qua planning gewoon goed uit. Het belangrijkste doel van vandaag, olifanten spotten. En dan niet die drag queens van de optocht in Kandy, maar de echte wilde variant.

Om tien voor half zes staat de familie Lequin bij de receptie. Er is aangegeven half zes, maar we zijn eens een keer goed op tijd. Het straalt wel uit hoe graag we op safari gaan. De receptie is nog een beetje in slaapstand en tot onze verbazing staat er ook een tent opgesteld in de receptie. Als we binnenlopen horen we iets wat lijkt op goedemorgen, maar door onze twijfel, beantwoorden we maar niet. Een donker gemoffeld doemt op achter het gebouw. Inschattend moet dat het geluid van de jeep zijn, dien ons op sleeptouw gaat nemen vandaag. Helaas moeten we wachten op het tweede diepe bromgeluid.

Onze chauffeur is iets te laat. Hij laadt wat spullen in en we kunnen instappen. We zitten in de laadbak op vier ingerichte zitplaatsen. Gelukkig privé en niet vergezeld door een onwenselijk Russisch stel. Dit is ons al eerder overkomen. Hij draait de weg op en het is er natuurlijk niet druk. Het enige wat op de weg is, zijn de lokale bussen, die nog steeds idioot rijden, en metgezellen in hun eigen voertuigen.

Het is toch best een stukje toeren naar het park. Zo achter in de laadbak zit je dan mooi de lucht te happen, die in rap tempo om de wagen zich verplaatst. Het vermengt zich lekker met de lokale passerende geuren. Dit resulteert soms in scheve gezichten.
Als we eindelijk de afslag maken naar het park, dienen we eerst aan te sluiten in de rij voor de entreegelden. Als je eerdere blogs hebt gelezen, komen we vaak voor onplezierige verrassingen te staan. Daarom blok ik alle informatie omtrent de lokale entreegelden. Het is zonde dat we in de rij staan en je zou juist nu het park willen betreden. Maar goed dat is ook een beetje the way of living hier.

Om het lekker efficiënt te maken, dienen we onze tickets nog geen honderd meter verder te laten controleren. Werkverschaffing ten top. Als alle administratieve rompslomp achter ons is, dan kunnen we op safari.

Zoals je kan verwachten rijden we in een collone de eerste weggetjes af. Aan de stand van de wagens voor je, kan je al aflezen dat er iets gespot is. Als eerste komen we een vossenstel tegen, volgens de gids. Hij spreekt ons toe via een Chinees restaurant luikje in de achterkant van zijn bestuderscoupe. Zijn accent kan ik niet altijd ontcijferen en ben daarom blij met Ingrid, zij heeft vast meer te maken met onverstaanbaar gemompel in het ziekenhuis. Zij begrijpt hem wel. Het is nou niet dat ik bedrijfsmatig geen Engels spreek, mijn directe collega is Zuid-Afrikaans, maar dit accent is mij echt te gekunsteld.  Ik zou het eerste beest overigens willen typeren als Jakhals. Maar goed ik geloof de gids maar.

Niet veel later spotten we de eerste olifant. Niet in een groep en zeer dus. De mannetje olifanten leven solitair en mogen allen als de vrouwtjes zin hebben langskomen. Nu ga ik hier maar niet verder op in en leg de wenselijke parallel met het mensenvolk maar niet. Mond dicht.
Op dezelfde wijze komen we nog een paar mannetje olifanten tegen. Het moet sterk volk zijn. Ze zien er stuk voor stuk wat beter uit dan het eerste exemplaar.

Gedurende ochtend spotten we meer besten als Krokodillen, hertjes en wat reptielachtige. Ingrid vraagt dan verlangend aan de de gids wanneer het ontbijt tijd is. Hij knikt en stuurt zijn bolide met een bloedgang naar de ontbijtplek. Waar wij verwachten een broodje in de handen gedrukt te krijgen, wordt er een tafeltje met stoelen geïnstalleerd. Daarna blijkt er geen einde te komen aan het voorverpakte ontbijt. Een doosje met broodjes kip (4 in totaal), een ei, twee worstjes en een cakeje. In doos twee zit fruit; banaan, watermeloen en papaya. En daarnaast wordt er vruchtensap in box geleverd, thee in thermosfles en water.
Ik als enige probeer alle doosjes, die mij toebedeeld zijn, monster te maken. Het lukt aardig. Dan komt er een hond buurten. Een scharminkel met grote tepels. Dit duidt op een moederhond met weggestoptte puppy's. Het is vreemd dat het beest zich in deze omgeving ophoudt. Plus ons hondenhart springt open. Een deel van ons ontbijt, wat niet opgegeten werd, verdween dus dankbaar in haar bek. Ze was zo op haar gemak dat ze zelfs bleef liggen op onze voeten. Beesten hebben liefde nodig en dat zagen we hier maar al te goed.

We zwaaien haar uit en gaan weer op jacht. De temperatuur loopt op dus de kans om beesten te spotten wordt met de zonnestraal lastiger. Kronkelend door het park komen we nog wat beesten tegen, maar als je de ervaring hebt van de Serengeti, is dit echt het kinderspel. Is dit het amateurvoetbal wat ik elke week op de mat probeer te leggen. Niettemin is het een leuke bezigheid en ervaring.

Teruggekomen bij het hotel proberen we even wat rust in te halen. Het zwembad en tent met airco voldoen dan perfect. Vroeg opstaan heeft dan het voordeel dat er nog genoeg tijd over is.
Als ik in het zwembad lig met Jesper, wil hij graag, net als in het dierenrijk, laten zien dat hij de troonopvolger is. Al worstelend vechten we om het bezit van het tennisballetje. Hij gaat naar de sportschool. Dat is te merken. Maar ik ben nog wel iets sterker. Niet voor lang meer. Ik wordt ouder en hij komt in de kracht van zijn leven. Dat is nou eenmaal the circle of life. Zoals Elton John al heel mooi heeft bezongen.
De rest van de dag is zeer nominaal te noemen. Even verfrissen, oogjes dicht en bijvoeden. Morgen verplaatsen we ons naar de zuidkust van het eiland. We gaan, en daar komt weer een naam uit de rijke Asterix reeks, Unawatuna. We zullen dan verblijven in Nooit Gedacht. Inderdaad een Nederlandse naam. Het betreft hier een verblijf wat gebouwd is om een oude ambassadeurs woning uit de rijke Nederlandse historie. Juist Balkende, de VOC mentaliteit. De laaste dagen kunnen afgeteld worden. Nog enkele dagen en dan zullen wij weer met Neerlands trots voet op eigen bodem zetten. Geniet dus nog een paar dagen van dit blog, want voor je het weet, moet je weer even wachten. Tot morgen.

Plaats reactie

Beveiligingscode
Vernieuwen

Volg mij op social media: